Het Dorpsomgevingsprogramma (DOP) is het uitgangspunt voor prioriteiten in ontwikkelingen en projecten in Oostrum. Denk hierbij aan woningbouw, (verkeers)veiligheid, (zorg)voorzieningen voor jeugd en ouderen, openbaar vervoer, natuur, werkgelegenheid enzovoort. Het zijn thema’s die ons allemaal kunnen aangaan. Het laatste DOP dateerde van 2017. Het was dus de hoogste tijd om het te actualiseren, maar dat kan alleen met hulp van de inwoners van Oostrum. De thema-avond was dan ook bedoeld om op een interactieve manier te inventariseren wat de nieuwe prioriteiten, wensen, voorstellen en aandachtspunten moeten zijn. Met andere woorden: wat gaat er goed, en wat kan er beter voor Oostrum in de komende jaren? De opkomst had beter gekund, maar dat stond een interessante en vruchtbare avond niet in de weg.
Presentatie gemeente Venray
Na een korte introductie door Vincent Meier, vicevoorzitter van de Dorpsraad, trapte de gemeente Venray af met een informatieve presentatie over wonen en zorg in Oostrum. Elleke Raedts, beleidsadviseur Wmo, liet cijfers uit 2022 zien. Van de ongeveer 2500 inwoners verblijven er rond de 500 in zorginstellingen. Van de resterende 2000 is ongeveer de helft 55 jaar of ouder, en dat percentage groeit. Een derde heeft een eenpersoonshuishouden. De gemeente heeft een actieplan ‘wonen en zorg’, om ouderen en kwetsbaren zo lang mogelijk prettig thuis te laten wonen. Vanwege het stijgende tekort aan zorgmedewerkers wil Venray geen verpleeghuizen toevoegen. De bijbehorende communicatiecampagne heet ‘buur.thuis’ (buur.thuisvenray.nl).
In 2023 had Wonen Limburg 111 woningen in Oostrum, 12% van het totaal, terwijl de benchmark 20% is. Op een enquête over woonbehoefte hadden 75 Oostrummers gereageerd, waarvan 80% nu niet in een levensloopbestendige woning woont. Gevraagd naar verhuiswensen gaf bijna de helft aan in Oostrum te willen blijven, waarvan de meesten op zoek waren naar een grondgebonden seniorenwoning of een vrijstaande woning. Er staan op dit moment 410 mensen ingeschreven voor een sociale huurwoning in Oostrum (thuisinlimburg.nl). Daarvan is ongeveer een kwart 65+, en ongeveer een vijfde is actief aan het zoeken.
Daarna nam beleidsmedewerker Mariska Boon het stokje over, met informatie over de mogelijkheden en de uitdagingen om langer zelfstandig thuis te wonen, bijvoorbeeld door de woonsituatie te veranderen. Oplossingen als woningsplitsing of meergeneratiewonen zijn in Venray nog niet beschikbaar, maar woningdelen, zorgeloos wonen (zorgelooswonen.nu) en Wmo-aanpassingen wel. Ruud Stevens, adviseur ruimtelijke ordening, ging in op de (pre-)mantelzorgwoning. Dit is een tijdelijke woning op het erf van een bestaande woning, om iemand te huisvesten die zorg krijgt of geeft. In sommige gevallen is daarvoor zelfs geen vergunning nodig.
Ten slotte ging Elleke Raedts in op het omgevingsprogramma. Volgens de huidige prognoses groeit de bevolking de komende 25 jaar nog. Er liggen nu al 140 plannen voor in totaal 2400 woningen, maar de doorlooptijd van een woningbouwplan is minimaal zeven (!) jaar. Twaalf van die plannen zijn in Oostrum, voor in totaal 309 woningen. Daarbovenop moet Venray de komende tien jaar minstens 2000 huizen bouwen, met een gevarieerd aanbod: ook starterswoningen voor jongeren en levensloopbestendige voor ouderen. Nu zijn er te weinig sociale huurwoningen (25% in plaats van 30%), en veel eengezinswoningen. Het is de bedoeling om 400-500 van die 2000 huizen in Oostrum te bouwen. Dat zijn permanente, reguliere woningen. Daarvoor heeft Venray nu voorkeursrecht gevestigd op het Oostrumsveld. Dat is maximaal drie jaar geldig. De presentatie eindigde met informatie over wettelijke voorrang op sociale woningen, bijvoorbeeld voor mantelzorgers of mensen die maatschappelijke opvang of jeugdhulp verlaten. Door regionale verschillen kunnen sommige gemeenten te maken krijgen met een waterbedeffect, waarbij mensen uit Nijmegen of Horst in Venray aankloppen. Statushouders hebben overigens geen voorrang, al kunnen gemeenten dat wel afzonderlijk regelen.
Inventarisatie DOP 2025
Per thema kon de zaal suggesties doen voor pluspunten (‘top’) en minpunten (‘tob’). Hieronder een samenvatting.
Woonklimaat: Men is positief over de ligging en bereikbaarheid, maar er moet niet nog meer industrie bijkomen. De achterkant van bedrijven langs de Stationsweg heeft een slechte uitstraling, maar de industrie is welstandsvrij. Verder zou er een andere oplossing moeten komen voor de plastic zakken die te vroeg aan lantaarnpalen worden gehangen. De bestrating en de trottoirs kunnen beter, die zijn hier en daar ouder of opengebroken geweest. En de voortuinen van sommige (huur)woningen hebben een matige uitstraling.
Verkeer: Snelheidshandhaving blijft een punt van zorg, net als de parkeergelegenheid. Soms wordt er op de stoep geparkeerd. De kruising bij het spoor is nog steeds gevaarlijk. Laden en lossen op de Mgr. Hanssenstraat blokkeert de doorgang, en bij bouwwerkzaamheden ontstaan er gevaarlijke situaties.
Sociaal klimaat: Gemeenschapszin en tolerantie worden als pluspunten genoemd, en de buurt-WhatsApp wordt goed gebruikt. Maar er moeten niet meer kwetsbare (zorg)doelgroepen bijkomen; nu is dat 20%. Er zijn zorgen over de stationsomgeving, en over drugsgebruik op het terrein van Paschalis, het parkeerterrein van het sportpark en het voormalige BAM-terrein. Na een controle verplaatsen de problemen zich.
Veiligheid: Pluspunt is dat er meer bewustzijn is voor zelfmoordpreventie bij de spoorwegovergang. Sommige inwoners ervaren geen overlast van TBS en Stevig en hebben prettig contact. Anderen voelen zich minder veilig. Soms is er ongewenst bezoek, mensen die zomaar een poort binnenlopen.
Voorzieningen: De DUOfiets wordt meteen als positief genoemd, maar ook de school, D’n Oesterham, en het feit dat we op korte afstand supermarkten, tankstations en veel andere voorzieningen hebben. Wel zouden er meer bankjes kunnen komen, en meer parkeerplekken.
Natuur, milieu en recreatie: Men waardeert de groene omgeving, met wandelroutes en het nieuwe pad richting Geijsteren. Het groen in Oostrum wordt goed onderhouden door VOS. De speelweide bij het Fort is belangrijk voor cohesie bij de jeugd, het plan voor een pumptrack daar is goed. Men is minder te spreken over de hondenpoep, de geur van Aviko, en de rook van open haarden die soms met afval(hout) worden gestookt.
Bestuurlijk klimaat: De aanvraag voor een dorpsondersteuner loopt. Inspraak via de Dorpsraad bij de gemeente verloopt goed. Wel praat de gemeente teveel over de dorpen, en te weinig met hen. Men is tevreden over de Oostrumse Weetjes (OW), het ziet er goed uit. De Dorpsraad functioneert goed en communiceert helder en uitgebreid via het OW. Een minpunt is het gebrek aan vrijwilligers; verenigingen hebben steeds meer moeite om ze te krijgen en te houden.
Identiteit: Oostrum moet geen wijk van Venray worden, het dorpsgevoel moet behouden blijven. Oostrum is eigentijds en beweegt mee met de ontwikkelingen. Als er iets misgaat wordt Oostrum genoemd, maar als het goed gaat krijgt Venray een pluim.
Met bovenstaande suggesties gaat de Dorpsraad aan de slag om het DOP te actualiseren. Zodra er een concept is zullen we dat aan de Oostrummers voorleggen, hopelijk na de zomer.